dinsdag 5 juni 2012

Jantje huilt, Jantje lacht


De dag begon beroerd. Ik mailde om te vragen wat er moest gebeuren met de meubelstukken die hij had laten staan. Bij het grof vuil?  Ja, dus. En of ik hulp nodig had. Toen knapte er iets.
Hij laat spullen staan die hij niet meer nodig heeft en als ik ze niet wil hebben, moet ik maar zorgen dat ik ze kwijtraak. En hij wist al dat ik ze niet wilde, het waren zijn spullen. Ik heb alleen ‘ja’ teruggemaild. Ik ga niet proberen dit uit te leggen. Hij doet dingen zoals het hem uitkomt en als ik zeg dat het toch eigenlijk niet kan, zijn troep laten liggen om door anderen op te laten ruimen, zal hij verbaasd kijken, even stil zijn en dan zeggen: “Ja, misschien had ik het anders moeten doen.” Misschien is een stopwoordje voor hem. Zo moesten we ook ‘misschien’ uit elkaar gaan. Ik heb toen letterlijk moeten vragen of we nou uit elkaar gingen of niet.
De ochtend verliep beroerd, maar na een uurtje winkelen, was ik wel een beetje opgevrolijkt. Niks frivools, hele praktische zaken. Het was lekker om buiten te zijn, te fietsen. ’s Middags zat ik bijna tegelijkertijd te chatten met een vriendin aan de andere kant van de wereld die net wakker was en iemand van de ex-schoonfamilie, die nog niet zo lang op de hoogte was en wilde weten hoe het ging. En dat waren fijne gesprekken. De ene met bevestiging en bemoedigende woorden, de ander met bemoedigende woorden en de wens om contact te blijven houden, ook als we geen familie meer zijn. En aan het eind van de dag was ik toch weer een heel stuk opgeknapt. Het blijven pieken, maar vooral dalen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten